dinsdag 9 juli 2019

Dag 8 Fietsreis naar de Noordkaap: Levanger - Grong

Dinsdag 9 juli 2019. Van de Noordkaap-reis is de eerste week achter de rug. Nog twee weken te gaan. Vandaag gaat de etappe naar Grong. In het hotel blijkt bij aankomst een uitvaartceremonie aan de gang.

Slecht geslapen. Diverse passerende auto’s en een los putdeksel in de straat van het hotel zorgden voor een onrustige nacht. Gelukkig zit het weer mee: bewolkt, maar warmer en droger dan voorgaande dagen. Het is nog een beetje nat op het wegdek als ik vertrek vanuit Levanger. Ik sluit even aan bij Pieter en Fred, maar die waarschuwen me dat ze een alternatieve route rijden. Ze kiezen voor wegen die parallel aan de E6 lopen, waardoor ze minder last hebben van passerend verkeer. Hierdoor lopen ze wel kans om af en toe op onverharde wegen uit te komen, maar dat hebben ze er wel voor over.

Ik besluit Pieter en Fred niet te volgen en rij de aangegeven route, over of langs de E6, net als de meeste anderen. We rijden waar het kan over het fietspad, maar dat loopt niet altijd naast de weg. Enkele fietsers zoeken naar de afslag en besluiten om over de E6 te rijden, die op dat stuk op een snelweg lijkt. Op de driebaansweg houden we uiterst rechts, al passeert het overige verkeer op ruime afstand. Even verderop zie ik drie andere fietsers over de vangrail klimmen. Het moet niet gekker worden vandaag. 

We rijden langs het Tronsheimfjord, waar we pauzeren bij de bus van Rienk. Na de koffiestop gaat het bij Steinkjer even omhoog door het bos, een verrassend steile klim. Ook bij Kne vertoont de weg een forse knik, om uit te komen bij het Snasavatnet fjord. Daar breekt de zon door de wolken en wordt de lucht steeds blauwer. Hierdoor wordt een stuk warmer en kunnen we onze arm- en beenstukken uitdoen. Het lijkt wel zomer. Een groot verschil met de regenrit van gisteren. Tijdens de tweede stop laven we ons in de warmte van de zon op de parkeerplaats bij de bus van Rienk.

Na de tweede stop bij het fjord rijden we verder over de E6. Inmiddels is het zonnig geworden. Na het fjord krijgen we diverse klimmen, tot zo’n 230 meter. En met wind tegen is het laatste stuk pittig zwaar. We komen aan in Grong, waar in het hotel op dat moment net een uitvaartceremonie wordt gehouden. Een meisje zingt een mooi lied, begeleid op piano. We besluiten om in het centrum van Grong een terrasje te pakken. Als we na anderhalf uur terugkomen zien we de gasten in nette kleding naar buiten komen. Een van hen zegt dat hij graag met ons naar de Noordkaap zou willen fietsen.

Het hotel in Grong is een groot oud huis met diverse gangen en kamers. Aan de muur hangen foto’s van vroeger, van een jongen naast een levensgrote vis tot een gezin van honderd jaar geleden. Alsof de tijd stil staat. Toch heeft het hotel wifi. Na het diner poets ik de fiets. Martin heeft problemen met zijn achterwiel: zijn body ‘helemaal gaar’. Hij neemt de volgende dag een reservewiel in gebruik. Ook John heeft materiaalpech: zijn derailleur is krom. Hij krijg de reservefiets van Hemke, die Parijs – Roubaix heeft weerstaan. Dan moet het ook lukken op de Noorse wegen, op weg naar de Noordkaap.















Foto's: Adrie Nillesen



maandag 8 juli 2019

Dag 7 Fietsreis naar de Noordkaap: Gulvag camping – Levanger

Maandag 8 juli 2019. De zevende dag van de Noordkaap-reis is aangebroken. Een lange etappe staat op het programma. Vanaf de start begin het te druppelen. Het zal toch niet de hele dag gaan regenen?

Bij het ontbijt is het nog droog, maar bij het inladen van de bagage in de bus begint het al te spetteren. Kamergenoot Fred laat op zijn mobiel zien dat het zeker enkele uren achter elkaar gaat regenen, en misschien zelfs langer. Geen fijn vooruitzicht met een lange rit van zo’n 158 km. Ik kleed mij warm aan en neem mijn regenjas mee. Bij vertrek regent het echter al flink door, waardoor ik binnen een half uur rijden aardig doorweekt raak. Ik stop even om mijn regenjas aan te trekken en neem gelijk iets te eten omdat ik weet dat ik dat met regen snel kan vergeten. Ik wil vandaag niet de man met de hamer tegenkomen, oftewel een hongerklop. Op tijd eten is het devies.

Ik rijd alleen, maar in de regen is dat minder erg omdat ik dan geen last heb van opspattend water van een voorganger. Ik zie na zo’n 30 km de bus van Rienk staan bij een bushokje waar andere fietsers schuilen en koffie drinken. Om niet af te koelen besluit ik om de koffiestop over te slaan en door te rijden. Dat roep ik ook tegen degenen bij het bushokje. Even verderop mis ik de afslag, maar gelukkig heb ik dat op tijd in de gaten. Ik neem de volgende afslag en kom snel weer uit op de goede route. Ik passeer een groep met Martin, Gerard, Pieter, Jan , Annie en Johan en sluit aan bij Roel en Monique. Zij rijden een lekker tempo, dat ik goed kan volgen. Arjan Hulsebos is hen al eerder gepasseerd.

Het is nat en koud. Routemaker Klaas Herder heeft ‘een leuk weggetje’ ontdekt. We slaan rechtsaf en komen op een onverhard steil paadje dat met de mountainbike beter is te doen dan met de racefiets. Tot tweemaal toe slip ik bijna weg, maar ik blijf overeind en kom hijgend boven. De meesten komen fietsend boven, enkelen moeten lopen. Volgens routemaker Klaas Herder snijden we op deze manier kilometers af. Anders zou de etappe nog langer worden. Het geitepad maakt de route in elk geval nog uitdagender... ;)

Verderop staat onze begeleider Rienk Brandsma op ons te wachten met warme koffie en thee. Hemke, Arnoud en Arjan zien we daar ook, maar zij rijden ook snel door om niet teveel af te koelen. Na de koffiepauze rij ik verder met Roel en Moniek. Na een kris-kras afdaling richting het fjord komen we op een fietspad langs de drukke E6. Niet ideaal, want het pad kruist met op- en afritten die afscheiden zijn met drempels die soms net zo hoog als de stoep zijn. Bijna rij ik een aangelijnde hond aan die het fietspad wil oversteken, maar de eigenaar kan hem nog net op tijd wegtrekken.

Bij een lange klim over de drukke E6 met veel verkeer verlies ik Roel en Moniek uit het oog. Later hoor ik dat ze halverwege de klim zijn gaan pauzeren. Ik wacht even bovenop de top, maar besluit dan om verder te rijden en te pauzeren bij het volgende tankstation. Daar drink ik een cappuccino en eet ik twee wafels om mijzelf op te laden voor de laatste 30 km. Eindelijk wordt het droog. Dat geldt ook voor mijn ketting. Met een piepende ‘muis’ in mijn fiets bereik ik het hotel in Levanger, waar Arjan mij zit op te wachten. Hij heeft vanaf de tweede koffiestop niet meer gepauzeerd. Dat betekent dat hij 100 km in zijn eentje heeft doorgereden. Petje af voor deze doordouwer.

De laatste fietsers komen aan bij het hotel als we om 19.30 uur gaan eten. Ze schuiven gelijk aan; douchen komt straks wel. Na het diner ga ik mijn fiets poetsen. Anderen gaan ook met hun fiets aan de slag. Ik zie dat Piet zijn remblokken vervangt. Tijdens het poetsen ontdek ik dat mijn remblokken achter ook teveel zijn versleten, waardoor ik ze ook moet vervangen. Om de oude remblokjes te demonteren en de nieuwe erop te zetten, schroef ik mijn remhoeven los, iets dat volgens Hemke niet hoeft. Daardoor moet ik mijn remmen opnieuw afstellen, maar dat lukt wel. De volgende dag zal ik de remmen testen, voordat ik van start ga voor de achtste etappe. Hopelijk is het dan droger weer.












Foto's: Adrie Nillesen, Ella Conijn, Johan Provoost



zondag 7 juli 2019

Dag 6 Fietsreis naar de Noordkaap: Dombas – Gulvag camping

Vanuit het vertrek moeten we gelijk klimmen, dus niet te warm gekleed ga ik van start. Daar krijg ik spijt van zodra we op de hoogvlakte komen, waar een snijdend koude wind in ons gezicht blaast.

Het is koud en grijs weer als we rond 8h30 vanuit de jeugdherberg vertrekken. Op het programma staat een rit van 127 km met meer dalen dan klimmen. We rijden over de E6, een brede doorgaande weg naar het noorden. Er zijn op dit stuk amper parallelwegen, dus we moeten rekening houden met vrachtwagens, kampers en andere auto’s die ons passeren. Het valt mij echter op dat de meeste automobilisten inhouden en pas inhalen als er geen tegenliggers zijn. Dat maakt het rijden op dit soort doorgaande wegen een stuk veiliger. Natuurlijk zijn er ook enkele automobilisten die ons dichter passeren, en daarom moeten we goed rechts houden en blijven opletten.

We klimmen van circa 700 meter naar een hoogvlakte van rond de 1000 meter. Met de wind tegen is het berekoud: het is rond de 4 graden. Ik krijg last van koude vingers en koude voeten, en probeer mijzelf warm te fietsen door harder te rijden. Dat helpt maar gedeeltelijk. Gelukkig staat na circa 25 km begeleider Rienk met de bus voor een kop koffie en pannekoeken met stroop of suiker. Tijdens de koffiestop trek ik mijn winterhandschoenen, overschoenen en dikke beenstukken aan. Dat rijdt een stuk aangenamer, zeker in de afdaling die volgt. Even is het spannend als we drie schapen passeren, waarvan er één vlak voor ons oversteekt. Gelukkig weten we het dier te ontwijken, maar we zijn gewaarschuwd: schapen zijn gevaarlijker dan passerende auto’s…

Ik rij op kop van een groepje met Monique, Piet en Gerard, maar na een plaspauze pik ik aan bij de drie snelle rijders Hemke, Arnoud en Roel. We rijden kop over kop een strak tempo. We schieten daardoor lekker op, zodanig zelfs dat we de tweede bevoorrading dreigen te missen. Gelukkig weten we Rienk over te halen om 12 km verderop naar ons te komen, zodat we van hem toch nog een warme bouillon en pannenkoeken kunnen krijgen. Inmiddels is de andere groep ons gepasseerd, die we verderop bijhalen. Omdat het parkoers nagenoeg vlak is kunnen we bij elkaar blijven, waardoor we met een groep van acht finishen bij de Gulvag camping, na slechts vier uur rijden over 127 km.

Op de camping verblijven we in trekkershutjes, die bijna zo luxe zijn als een hotelkamer. De ‘cabins’ hebben een toiletruimte met warme douche, elektrische kachel en een grote TV. Het stapelbed zorgt voor discussie wie onder en wie boven moet slapen, maar daar komen we wel uit. Doordat de zon schijnt lukt het ook nog redelijk om de wielerkleren schoon en droog te krijgen. ’s Avonds eten we pizza in het restaurant van de camping, dezelfde plek waar we de volgende ochtend vanaf half acht zullen ontbijten. Na het eenvoudige doch voedzame diner maak ik een wandeling over de camping, waar ook enkele andere gasten zijn aangekomen. Ook voor hen is de vakantie begonnen.














Foto's: Adrie Nillesen, Roel Wierda, Norbert Cuiper





zaterdag 6 juli 2019

Dag 5 Fietsreis naar de Noordkaap: Jotunheimen Fjellstue – Dombas

De vijfde dag van de fietsreis naar de Noordkaap begint met een natte afdaling. Dat voorspelt weinig goeds voor de gravelwegen in de route, maar gelukkig klaart het later op de dag op.

Het regent op de berg. Dat betekent een natte, koude afdaling. Geen leuk vooruitzicht, maar we moeten er toch aan geloven. Na het ontbijt trek ik mijn regenjas, overschoenen en winterhandschoenen aan. De eerste fietsers zie ik al vertrekken. Bikkels. Met Roel en Moniek begin ik een kwartier later aan de afdaling. Al snel zijn mijn beenstukken en overschoenen doorweekt. Toch vind ik het niet koud, waardoor ik na de afdaling mijn regenjas uittrek. Langs de rivier rijden we verder tot aan de koffiestop in Lom. Hemke waarschuwde ons voor een kuil met grind in het wegdek. We zijn op onze hoede. Gelukkig valt het mee en kan iedereen zonder kleerscheuren de kuil passeren. 

Na de koffiestop rijden we langs de Ytterviki rivier om de drukte op weg 15 te vermijden. De weg is heuvelachtig en bevat een lange onverharde strook. Dat is een mooie opwarmer voor de Sladalsvegen, een beklimming van circa 15 km over een onverharde weg. Deze berg zit in de alternatieve route die Klaas Herder heeft ontworpen om te laten zien hoe de wegen er vroeger in Noorwegen uitzagen. De Sladalsvegen is daar een mooi voorbeeld van. Voor fietsers is de beklimming toegankelijk, auto’s moeten echter tol betalen om over de pas te rijden.

Ik twijfel of ik de Sladalsvegen moet beklimmen. Het heeft immers ’s ochtends nog geregend en de weg zal modderig kunnen zijn. Piet Wijnker en Jan Veldt gaan wel, waarna ik alsnog besluit om de berg te beklimmen. In het begin van de klim is de weg nog van asfalt, maar bij de afslag wordt de weg onverhard. Met de modderigheid blijkt het mee te vallen. Het draait wel wat zwaarder, maar mijn wielen zakken niet weg. Ik kom koeien en schapen tegen die op de weg lopen. De weg loopt gestaag omhoog, met af en toe een korte afdaling. Het is heel rustig op de berg. Op de top wacht ik op Moniek, om samen te gaan dalen. Ze komt al snel boven en is zeer onder de indruk van de berg.

Afdalen over een onverharde weg lijkt gevaarlijk, maar het valt mee. Ik ga wel minder hard omlaag, maar kon nog behoorlijk remmen op de aangestampte zandweg. We stoppen even om een foto te maken van het uitzicht, waarna een jeep met aanhanger ons hard voorbij komt. Op de aanhanger ligt een rubberboot. Ik kan de boot aardig bijhouden, maar besluit om even te wachten op Moniek. De volgende haarspeldbochten zijn geasfalteerd, maar de rechte stukken daartussen weer onverhard. Ook loopt de weg steil omlaag, waardoor we op tijd moeten remmen. Ik ben blij als de onverharde afdaling achter de rug is en we weer gewoon op het asfalt kunnen rijden.

We rijden naar Dombas, waar we overnachten in de jeugdherberg. De gpx-route leidt ons naar een steil klimmetje langs vakantiehuizen, maar we zien daar geen jeugdherberg. We vragen de weg aan een man die in zijn tuin werkt. Hij zegt dat we zo’n 200 meter door moeten rijden om bij de jeugdherberg te komen. Daar zie ik een bordje van de jeugdherberg, maar nog geen herberg. Dat blijkt weer 100 meter hogerop te liggen, achter het restaurant-hotel. Het personeel van het hotel is op de hoogte van onze komst. Gelukkig, we zitten goed. De anderen die later binnen komen hebben ook moeite gehad om de jeugdherberg te vinden, maar ze hebben het uiteindelijk wel gevonden.

Zoals Jan Veldt zegt: de reis naar de Noordkaap is een avontuur. Daar hoort het zoeken ook bij.







Foto's: Adrie Nillesen, Roel Wierda






vrijdag 5 juli 2019

Dag 4 Fietsreis naar de Noordkaap: Leikhanger – Jotunheimen Fjellstue

Op de vierde dag is het fantastisch weer. We fietsen onder een strakblauwe hemel langs spiegelgladde fjorden en beklimmen de Jotunheimen Fjellstue, een imposante berg met vers gevallen sneeuw.

Een superdag is het vandaag. Het is al zonnig als we vanuit Leikhanger vertrekken voor de vierde etappe over 122 km. Het is nog fris, maar door de zon warmt het snel op. Ik rij samen met Roel, Moniek en Arjan. We rijden langs diverse fjorden. Doordat het nauwelijks waait is het water als een spiegel zo glad. Drie keer stoppen we om foto’s te maken, zoals bij het Sognefjord waar we vlakbij de kant water omhoog zien komen. Volgens Pieter is het de uitstroom van een waterkrachtcentrale. Een buis die op die plek onder het wateroppervlak uitkomt. Bijzonder om te zien.

Na 78 km beginnen we aan de 24 km lange klim van de Jotunheimen Fjellstue. Een zware berg, want de eerste 10 km zijn gemiddeld 9 procent. Het is zwoegen en zweten om boven te komen. Roel en ik stoppen enkele keren om foto’s te maken, voordat we de top op 1.467 meter hoogte bereiken. We zien op de rotsachtige helling verse sneeuw liggen die twee dagen eerder is gevallen waardoor de bergpas raakte geblokkeerd. Gelukkig is de weg op tijd sneeuwvrij gemaakt. Op de top maken we weer foto’s en ontmoeten we mensen van Trek die een fietstocht organiseren. Ze reageren enthousiast als ze horen dat we naar de Noordkaap fietsen. Roel en ik zien vlak voor de afdaling een groot, houten gebouw, waar we warme chocolademelk drinken en een broodje kip eten. 

Na de lunch stappen we weer op en zien wij Klaas Herder en Jan Veldt passeren. Dit is bijzonder, want nu rijden we met drie fietsers samen die eerder naar de Noordkaap zijn gereden: Klaas, Jan en Roel. Jan heeft zijn beenstukken uitgedaan en rijdt met blote benen omlaag. Dat lijkt me ontzettend koud. Twee uur later vertelt hij bij het hotel in de zon over zijn deelname aan de fietsreis van Le Champion dwars door de VS en Alaska. Hij maakt ook een film van deze reis, vertelt hij enkele dagen later. Hij pakt regelmatig de camera om te filmen. Een man met bijzondere ervaringen. 

De laatsten komen een half uur voor het diner binnen. Onder hen bevindt zich Aart Frankfort, die op zijn 73e alsnog probeert de Noordkaap fietsend te bereiken. In 1973 deed hij mee aan de fietsreis van Amsterdam naar de Noordkaap, maar moest hij voortijdig afstappen vanwege knieproblemen. Hij vond het zwaar vandaag vertelt hij, maar hij heeft het gered. Reisleider Pieter van Zijl verwacht dat Aart het dit keer gaat halen. Hij spreekt ook vol bewondering over Hemke Kamstra. Hemke reed na de Jotunheimen door om de berg van de andere kant te beklimmen. Een bijzondere prestatie.

’s Avonds krijgen we in het hotel op de berg een bijzonder diner voorgeschoteld. De kok heet ons welkom en spreekt ons toe over de maaltijd met ‘organische’ ingrediënten zoals sterk smakende tomaatjes en bloemetjes en takjes die we kunnen eten. Hij adviseert om onze mobieltjes weg te doen en in gesprek te gaan met elkaar om er een mooie avond van te maken. Hij beveelt ook enkele wijnen aan, waarvan enkelen een glas nemen. De meeste drinken echter water, maar desondanks is het een gezellige avond. Het is de afsluiting van een mooie dag.







Foto's: Roel Wierda, Adrie Nillesen, Norbert Cuiper